Doorgaan naar hoofdcontent

"Vaak ben je te bang..."

“Vaak ben je te bang!” Sommige opmerkingen wil je niet horen van een chauffeur en al helemaal niet tijdens een inhaalmanoeuvre op een bergweg. Evengoed heb ik geen keus want ik ben slechts inzittende en zodoende overgeleverd aan de grillen van de mensen die wel mogen rijden. Het loopt goed af, waarmee de waarheid van dit credo maar weer eens is bewezen.

Uitzicht op de Kresna kloof, Bulgarije 2014
Decor is het ruige zuidwesten van Bulgarije, oktober 2014. We zijn met vijf mannen onderweg naar de Kresna Kloof in het Pirigebergte (wie kent het niet?). Het vormt het onderzoeksgebied voor zoon Milos en studiegenoot Hans. Zij lopen een half jaar stage bij natuurbeschermingsorganisatie FFWF die probeert de vale gier weer terug te laten keren in dit gebied. Die gieren kunnen ook niks zelf, stelletje loservogels.

In het Bulgaars barrel bevinden zich zoon Milos, zijn beste vrienden Steve en Piet en twee ouwe lullen, te weten Erik Lenderink en onderhavige contractant. De autoraampjes hebben we opengedraaid om de rondvliegende testosteron vrij baan te geven. Op het programma staat een verblijf van drie dagen in de riante bergblokhut Villa Fauna waar Milos en Hans gedurende een half jaar wonen. Onze trip zal worden afgeblust met een driedaags bezoek aan het 120 kilometer zuidelijker gelegen Thessaloniki in Noord-Griekenland. Daar zijn we die ochtend aangekomen per vliegtuig en daarvandaan zullen we over zes dagen ook weer vertrekken, deo volente.

On the road @ the Pirin mountains, Bulgarije 2014
Even terug naar eerder die dag. De autoverhuurder bij het vliegveld van Thessaloniki deelt mee dat onze gedroomde huurauto niet verder gebruikt mag worden dan tot aan de Bulgaarse grens, tenzij we drie dagen van te voren een greencard hebben aangevraagd. Dat hebben we niet. Noodgedwongen parkeren we de auto aan de Griekse kant van de grens en dan maar hopen dat-ie er over drie dagen nog staat, al dan niet met wielen. We steken lopend de grens over met onze rolkoffers, ondertussen vrachtwagens ontwijkend. We worden een beetje argwanend aangekeken door de Bulgaarse grenswachten maar we mogen gelukkig zonder visitatie doorlopen.

Aan gene zijde van de grens is het onmiskenbaar schilderachtig: hoerige casino's, gevestigd in wat eerst waarschijnlijk traktorfabrieken waren in de good old days van het communistisch bewind, mottige eettentjes, meiskes van onbestemde zeden, winkeltjes met plastic tuinornamenten (net wat we nodig hebben), bedelaars en ongeschoren penozetypes in typisch Bulgaarse klederdracht (trainingsbroek, sneakers, Rayban-zonnebrillen en een peuk). Welcome to Bulgaria! Na een klein uurtje arriveert Milos: gebruind, met zijn 2.02 meter uittorenend boven alles en iedereen, een verblindende smile op z'n gezicht en ready voor some adventure. Als sentimentele dwaas moet ik even slikken als ik 'm aan de overkant van de weg zie aankomen: wat een stoer jong en wat ben ik trots op 'm.

Wachten op Milos @ Bulgaarse grens, 2014
Het is heerlijk weer en de dorstige aankomst in Villa Fauna (na een kleine anderhalf uur scheuren door berg en dal) wordt gevierd met een "regionesbiertje". Biertechnisch gezien steunen wij altijd de lokale economie en het lokale huismerkbier is goed binnen te houden. Villa Fauna is prachtig gelegen en van alle gemakken voorzien. Een waanzinnig mooi uitzicht over het ruige gebied completeert het geheel. Dit wordt een prettig verblijf. Voor zonsondergang gaan we nog even naar de twee kilometer verderop gelegen gierenkooi. Deze ligt op de top van een berg waar de vale gier wordt gemonitord en gecontroleerd van voedsel wordt voorzien door de mensen van het FFWF. Milos en Hans hebben de heerlijke taak om kadavers van koeien, paarden, schapen en geiten met een open trailer op te halen bij de boeren uit de regio. Indien nodig worden de beesten door de mannen in handzamere brokken gehakt en gezaagd. De Bulgarian Chainsaw Massacre heb ik in de weken daarvoor al op diverse best wel gore foto’s van Milos voorbij zien komen.

Steve & Milos go pro!, Kresna kloof, Bulgarije 2014
Bij de kooi is een stapel aangevreten kadavers opgehoopt van paarden, koeien, schapen en geiten. Bij de juiste windrichting slaat de meur ervan je recht in je gezicht. Zo stel ik me een middeleeuws slagveld voor. Later in de week laat Milos ons een vriezer zien met daarin een dode wolf, om onduidelijke redenen geschoten door plaatselijke jagers en uiteindelijk aan het FFWF overgedragen voor onderzoek. Een week voordat we kwamen hadden andere jagers nog een wild zwijn neergeknald van 250 kilo.

Gyps Fulvus (Vale gier), Bulgarije 2014
De natuur is adembenemend maar dat kan niet verhullen dat het een rauw bestaan is in en rond de Kresna kloof. De werkloosheid in de bergdorpjes is absurd hoog en de locals drinken zich 24/7 een stuk in de kraag. Het werkt hier allemaal wat anders dan in Nederland. Van de plaatselijke overheid kan je als modale Bulgaar weinig verwachten. Wil je als arme bergsloeber iets regelen dan ga je naar de plaatselijke mafiabaas want hier heersen de oldskool economics. Gelukkig is Milos sociaal vaardig genoeg om niet op de bodem van de Kresna kloof te eindigen met een paar cementen schoenen aan zijn voeten. Als vader is dat best een geruststellende gedachte.

De day after blijkt het weer omgeslagen. Het regent pijpenstelen en de temperatuur is zo’n 20 graden gezakt naar een lousy 4 graden. Dat weerhoudt Steve, Piet, Milos en Hans er niet van om eens een fijne hiketocht van vier uur te gaan maken. Dit zijn Bennekommers: die zijn wel erger gewend. Hans overigens niet: die is Groninger, dus die is al bijna eskimo en die lachen om dit soort temperaturen. Erik en ik besluiten om fijn een stukje thuis te blijven want er moet toch iemand zijn die de traumahelikopter belt mocht het misgaan. Gelukkig gaat alles goed en komen ze een paar uur later moe en zeiknat terug.

Het uitchecken der gierenkooi, Bulgarije 2014
Later op de dag vertrekken we voor een bezoek aan de 30 kilometer verderop gelegen provinciehoofdstad Blagoevgrad. Na een week kon ik het eindelijk uitspreken. Het is een gezellige studentenstad en onze hang-out wordt Raffi’’s, een voor Bulgaarse begrippen uiterst hippe tent in het centrum waar de lokale nouveau riche zich laaft aan shishapijp en booze. En je kan er voor een habbekrats geweldig eten. Milos vertelt dat hij op de plaatselijke mavo een gastlesje Watermanagement in Nederland heeft gegeven. Niet direct zijn discipline, maar what the fuck? Sindsdien wordt hij bedolven onder vriendschapsverzoeken op Facebook van broeierige Blagoevgradse bakvissen (BBB’s).

Na drie dagen Bulgarije gaat de weg weer terug richting Thessaloniki. Piet en Steve vliegen eerder terug naar Nederland. Erik, Milos en ik willen graag nog drie dagen Thessaloniki uitchecken. Dit keer reizen we per trein naar de grensplaats Kulata waar we aan de Griekse kant van de slagboom weer in onze huurauto hopen te stappen. Tot onze verbazing staat die er nog, zodat we vrolijk onze reis richting Thessaloniki voortzetten. Een lange tussenstop is ingepland bij het prachtige Lake Kerkini, bij de liefhebbers beroemd om de bonte verzameling vogels die het meer frequenteren. Flamingo's, pelikanen, arenden en andere gevederde vriendjes zien we in overvloed. Het maakt Kerkini tot de natte droom van iedere ornitholoog.

Aan tafel! Thessaloniki, Griekenland 2014
Begin van de middag arriveren we in Thessaloniki. Met haar 350.000 inwoners kwa grootte vergelijkbaar met Utrecht, maar dan zonder Hoog-Catharijne. De stad is prachtig gelegen aan een baai en heeft een lange geschiedenis. Blikvanger van de ruim opgezette en kilometers lange boulevard is het grote standbeeld van Alexander de Grote (356-323 v.Chr). Alexander kwam uit deze streek en de Grieken zijn trots op hun oorlogsheld. Dat is enigszins begrijpelijk gezien 's mans cv: toen hij op 33-jarige leeftijd stierf in Babylon (gelegen in het huidige Irak) had hij als aanvoerder van een enorm leger in enkele jaren tijd een groot deel van de toen bekende wereld veroverd. Als zijn generaals hun hakken niet in het zand hadden gezet had hij waarschijnlijk ook Australië ontdekt want een doorzettertje was het wel.

Alexander, die grote achter de fietser, Thessaloniki, Griekenland 2014
De Grieken lopen weg met Alexander, maar kritischer geluiden zijn er ook. Sommige historici zien hem als een ordinaire massamoordenaar met een alcoholprobleem van Bijbelse proporties. Maar wat eigenlijk veel erger is: het leven van Alexander is enorm slecht verfilmd door regisseur Oliver Stone. In zijn overigens treffend genoemde biopic "Alexander” speelt een geblondeerde Collin Farrel de titeltol. in deze film ziet hij er uit als Geert Wilders in een rokje met een zwaard. De Grieken waren niet te spreken over het feit dat hun held in de film wordt neergezet als een gewelddadige nicht. Beetje flauw om daar als Griek over te gaan lopen zeiken want ik heb altijd begrepen dat zij naast de sirtaki ook de herenliefde hebben uitgevonden.


Milos en onderhavige contractant lekker cultureel bezig in
het oudheidkundig museum in Thessaloniki, 2014
Na dit historisch intermezzo wordt het hoog tijd om eens gezellig te gaan stappen in Thessaloniki. We hebben geluk: het is de nationale feestdag in het kader van Sint-Dimitris en dan is het een dolle boel in het Thessalonikische. Afgeladen terrassen, militaire parades en een constante aanvoer regionesbier. We dompelen ons drie dagen onder in het uitgaansleven in en rond de boulevard. Hangende het onderzoek mag ik helaas geen mededelingen doen over de gebeurtenissen daar. Ik kan me nog wel vaag de app herinneren van Erik om 3 uur ’s nachts nadat we elkaar in het feestgedruis waren kwijtgeraakt: “Help me, fuckers! I’m lost!”, zoiets…. Uiteindelijk vond ook hij de weg naar de stal terug zodat het goed afliep. Ik kan deze stad van harte aanbevelen.

Reacties

Populaire posts van deze blog

A Muzungu abroad

Van alle landen die niet op mijn bucketlist voorkomen was Oeganda er ook één. Ik kende het oppervlakkig dankzij het horror regime van de geschifte jaren ’70 dictator Idi Amin en één film: “The Raid on Entebbe”, over een heroïsche bevrijdingsactie van gegijzelde vliegtuigpassagiers op het vliegveld bij de hoofdstad Kampala. Ik wist genoeg: camping Het Lorkenbos in Otterlo leek me avontuurlijk genoeg. Mijn zoon Milos denkt anders over exotische oorden. Als 4e jaars student aan de Landbouw Hogeschool in Wageningen doet hij samen met klasgenoot Jua Dai een vier maanden durend afstudeeronderzoek in Oeganda. Hun uitvalsbasis is de provinciestad Arua, gelegen op een steenworp afstand van de grens met Congo. Tik “Congo” in op de site van Buitenlandse Zaken en de alarmbellen gaan af: Code Rood, en dan gaat het niet over de kans op ijzel. Het grensgebied met Oeganda is politiek onstabiel als gevolg van burgeroorlogen en andere ellende. Tegenwoordig is het er relatief rustig dankzij de aanwezig...
Welkom op mijn blog! Net als iedereen maak ook ík wel eens wat mee. Daarnaast heb ik een mening en daar val ik graag mijn omgeving mee lastig. Allemaal uitstekende redenen om een blog bij te houden, leek me. Ik hoop dat u net zoveel plezier bij het lezen heeft, als ik heb bij het schrijven er van.

Rothuis

De enige keer dat het gezin Van Leest op stand heeft gewoond, vond mijn vader het maar niks. “Dat rothuis! Dat hele rothuis!”, beklaagde hij zich enige maanden na de verhuizing.  In 1969 betrokken we het vrijstaande pand uit 1937, met de enigszins sinistere naam Ledicoma, aan de Bergstraat in Ede. Later leerden we dat de naam gevormd werd door de twee beginletters van de vier kinderen van de eerste eigenaar: Leendert, Dirk, Coby en Marietje. En haters maar beweren dat men niet crea is in Ede.  Waarom pa zijn sterke bedenkingen had tegen het huis vonden mijn broer Jules, mijn moeder en ik onduidelijk. Daarvoor hadden we uitsluitend gewoond in zwierige Sovjetstyle-flats of arbeiderswoninkjes zoals je - behalve in Ede - alleen aantreft in de meest naargeestige veengebieden van fucking Drenthe.  Ik begreep wel dat ons nieuwe huis met minimale inspanning van de gemeente (het was immers een dienstwoning) was opgeknapt en inderdaad: je zag de oude behangresten door de nieuwe ban...