Doorgaan naar hoofdcontent

Posts

Posts uit 2023 tonen

Lebensraum

Oranje dakpannen in de zon en vijftig tinten grijs van het grindpad. Dat is mijn eerste herinnering. Waarschijnlijk zat ik in de kinderwagen maar daar zijn de historici het nog niet helemaal over eens. De locatie kan niet anders zijn geweest dan mijn geboortehuis aan de Laan 1948 in Ede. Een arbeidershuisje - en iets zegt me in 1948 gebouwd - voor de werknemers van de nabijgelegen ENKA Kunstzijdefabriek. Op zaterdagmiddag 10 december 1960 kwam ik hier ter wereld als tweede zoon van Toos van Oers en Ad van Leest. Mijn broertje Jules was inmiddels al een ouwe vent van twee en een half. Met al dat kroost werd het tijd dat opa Van Leest (die bij ons inwoonde) verkaste naar het één straat verderop gelegen bejaardentehuis Sint-Barbara. Mijn ouders waren zijn genuil ook wel een beetje zat (“Laat mij maar alleen sterven hier…”, als ze op zaterdagavond lekker een potje gingen dansen in De Witte Hinde). In het bejaardentehuis kon hij tenminste biljarten en ouwehoeren met de medebewoners en lie...

Keihard kleuteren

Ergens eind 1964 was het moment gekomen dat ik naar de kleuterschool mocht. Het verplichte middagslaapje, de grenzeloze verveling: het hing me enorm de keel uit: ik was klaar voor het serieuze werk. Kleuterjuf Ranshuizen (gezellige naam, overigens) was een vrouw op leeftijd, dus waarschijnlijk zal ze achter in de 30 zijn geweest. Als 4 jarige lijkt iedereen boven de 10 een oud beest en eerlijk gezegd heb ik nog steeds moeite met het schatten van leeftijden. Juf Ranshuizen echter kon je er goed bij hebben. Ik vond het alleen een beetje vreemd dat ze een prullenbak als hoed droeg. In de school stonden prullenbakken van gevlochten sisal-shit, en haar hoed leek daar verdacht veel op. Modebewust ben ik nooit geweest.  Wel vond ik het erg gezellig met al die medekoters. Bovendien had het schooltje de complete serie van De Gouden Boekjes. Mijn favoriet was De Vijf Brandweermannetjes. Op die leeftijd wilde ik, net als 99% van mijn mannelijke mededreumesen, ook brandweerman worden. Het conc...

De Zorroclub

Begin jaren '70 waren mijn broer en ik vooral druk met dingen die je doet als jongetje, in onwetende afwachting van de tijd dat de hormonen het overnemen en meisjes interessant worden. De kitschzwaarden die mijn ouders meenamen als souvenir uit het verre Spanje kwamen dan ook uitstekend van pas in verband met onze nieuw opgerichte Zorro Club. We wilden goed bewapend zijn als we het onrecht in onze wijk op efficiënte wijze wilden bestrijden. Niet dat er veel onrecht was want we woonden aan de rustige Bergstraat en dat was al aardig richting Edese goudkust. De directie van de Zorroclub op werkbezoek in Brugge, 1967 We kozen Zorro als rolmodel omdat hij stoer kon vechten en we hoopten dat we, met onze maskers op, er net zo dashing uitzagen als Guy Williams. En ondanks dat meisjes over het algemeen stom waren wilden we eigenlijk later ook net zo'n lekkere vriendin als De Vos, AKA El Zorro. Dat m'n ouders de metalen zwaardjes konden meenemen in het vliegtuig is nu nie...

Modekwartiertje

Ondanks al mijn pretenties kan men mij moeilijk verwijten een stijlicoon te zijn. Ik woon dan wel in het überhippe Arnhemse Modekwartier maar mijn kledingkeuze, haardracht en vrijwel niet aanwezige mode-accessoires zou ik omschrijven als voorzichtig conservatief. In mijn financieel gouden jaren mocht ik graag spijkerbroeken kopen van meer dan 200 euro, of een lollig vestje aanschaffen (geweven van de wol van één of ander harig Andesbeest) voor een bedrag waarvan ik tegenwoordig een kwartaal moet eten. Maar ook toen was de keus stylistisch behoudend. Laten we het er op houden dat ik weinig oog heb voor modieuze zaken. Mijn lieve moeder - daar is ze weer - was een enthousiast zelfmaakmode-type in de jaren '60 en '70. De synthetische truien die ze voor ons breide waren een feest voor het oog: knaloranje, lekker strak om de hals, de mouwen tot halverwege de ellebogen afgemeten en als je de trui uittrok (wat aanvoelde als een wedergeboorte) stonden m'n haren gegarandeerd rec...