Doorgaan naar hoofdcontent

Toverfluit

Ik ben opgegroeid met klassieke muziek. Mijn vader was een liefhebber en op de zondagochtenden dat we nog het gezin Van Leest vormden kon ik bij het ontwaken vanuit mijn bed al bepalen hoe de vlag er stemmingtechnisch bij hing. Een hoornconcert van Mozart betekende: niet om over naar huis te schrijven. Zo zou die ouwe het zelf hebben geformuleerd. Ik zou zijn bui liever omschrijven als chaggerijnig en de rest van de zondag zou het regenen en op z'n best tenenkrommend saai zijn.

Ongewild kreeg ik thuis veel klassieke muziek mee maar naarmate ik opgroeide, mijn ouders scheidden en pa op zichzelf ging wonen, veranderde de playlist in ons gebroken gezinnetje in Gematigd Modern. The Dubliners, The Beatles, The Eagles, ELO, Steely Dan, jazzrock en dixieland... Dat laatste was geen onverdeeld genoegen maar mijn moeder werd er blij van dus wie was ik om te gaan lopen zeiken? Alles beter dan een hoornconcert op zondagochtend.

Tom Hulce als Mozart in "Amadeus" uit 1984 van Milos Forman
In 1984 keerde de klassieke muziek terug in mijn bewustzijn. De film Amadeus van regisseur Milos Forman, over Wolfang Amadeus Mozart, maakte nogal indruk. De film is nauwelijks gebaseerd op ware feiten maar who cares? De muziek was fantastisch (Die Mozart kan een hele grote worden!). Ineens ging ik voor m'n lol, uit vrije wil, klassiek draaien! Misschien was het een muzikaal stockholmsyndroom...

Begin 1986 zag ik in De Reehorst voor het eerst een live opvoering van een opera van Mozart. In die tijd schreef ik theater-recensies voor het onvolprezen nieuwsblad Ede-Stad. Ik ging met mijn toenmalige vriendin Anja en die was hoogzwanger van onze eerste. We hadden al besloten dat als het een jongetje zou worden hij Milos zou gaan heten, als eerbetoon aan Amadeus-regisseur Milos Forman. De opgevoerde opera was Cosi Fan Tutte (Vrij vertaald: De vrouwtjes, zo zijn ze...), een Theater van de Lach-verhaal, maar met zulke mooie muziek dat het slappe verhaaltje verheven poëzie wordt. De opvoering was door een obscuur oostblok-ensemble waarbij het een en ander fout ging maar dat bomde niet: we vonden het prachtig!

Inmiddels is zoon Milos een ouwe man van 30. Afgelopen zondag zag en hoorde ik voor het eerst sinds die uitvoering in De Reehorst weer eens live een opera. In het Verona van de Veluwe, oftewel het geheel gerenoveerde Openluchttheater Ede, werd Die Zauberflöte van Mozart opgevoerd. Het werd een onvergetelijke opvoering: mooie muziek, fijn orkest, prachtige zang, heerlijk temperatuurtje en dat alles voor een vriendelijk prijsje...
Vanuit Oeganda, waar Milos momenteel werkt en studeert, kreeg ik vanochtend een appje: "Hoe was De Zuipfluit?". Typisch gevalletje Van Leest-humor. De Zuipfluit werd door mij gekwalificeerd met een "7,5". Dat klinkt aan de lage kant, maar ik weet dat Milos geen hogere cijfers geeft, dus eigenlijk is het de hoogst mogelijke score.

Reacties

Populaire posts van deze blog

A Muzungu abroad

Van alle landen die niet op mijn bucketlist voorkomen was Oeganda er ook één. Ik kende het oppervlakkig dankzij het horror regime van de geschifte jaren ’70 dictator Idi Amin en één film: “The Raid on Entebbe”, over een heroïsche bevrijdingsactie van gegijzelde vliegtuigpassagiers op het vliegveld bij de hoofdstad Kampala. Ik wist genoeg: camping Het Lorkenbos in Otterlo leek me avontuurlijk genoeg. Mijn zoon Milos denkt anders over exotische oorden. Als 4e jaars student aan de Landbouw Hogeschool in Wageningen doet hij samen met klasgenoot Jua Dai een vier maanden durend afstudeeronderzoek in Oeganda. Hun uitvalsbasis is de provinciestad Arua, gelegen op een steenworp afstand van de grens met Congo. Tik “Congo” in op de site van Buitenlandse Zaken en de alarmbellen gaan af: Code Rood, en dan gaat het niet over de kans op ijzel. Het grensgebied met Oeganda is politiek onstabiel als gevolg van burgeroorlogen en andere ellende. Tegenwoordig is het er relatief rustig dankzij de aanwezig...
Welkom op mijn blog! Net als iedereen maak ook ík wel eens wat mee. Daarnaast heb ik een mening en daar val ik graag mijn omgeving mee lastig. Allemaal uitstekende redenen om een blog bij te houden, leek me. Ik hoop dat u net zoveel plezier bij het lezen heeft, als ik heb bij het schrijven er van.

Rothuis

De enige keer dat het gezin Van Leest op stand heeft gewoond, vond mijn vader het maar niks. “Dat rothuis! Dat hele rothuis!”, beklaagde hij zich enige maanden na de verhuizing.  In 1969 betrokken we het vrijstaande pand uit 1937, met de enigszins sinistere naam Ledicoma, aan de Bergstraat in Ede. Later leerden we dat de naam gevormd werd door de twee beginletters van de vier kinderen van de eerste eigenaar: Leendert, Dirk, Coby en Marietje. En haters maar beweren dat men niet crea is in Ede.  Waarom pa zijn sterke bedenkingen had tegen het huis vonden mijn broer Jules, mijn moeder en ik onduidelijk. Daarvoor hadden we uitsluitend gewoond in zwierige Sovjetstyle-flats of arbeiderswoninkjes zoals je - behalve in Ede - alleen aantreft in de meest naargeestige veengebieden van fucking Drenthe.  Ik begreep wel dat ons nieuwe huis met minimale inspanning van de gemeente (het was immers een dienstwoning) was opgeknapt en inderdaad: je zag de oude behangresten door de nieuwe ban...