Doorgaan naar hoofdcontent

Posts

Posts uit 2016 tonen

"Vaak ben je te bang..."

“Vaak ben je te bang!” Sommige opmerkingen wil je niet horen van een chauffeur en al helemaal niet tijdens een inhaalmanoeuvre op een bergweg. Evengoed heb ik geen keus want ik ben slechts inzittende en zodoende overgeleverd aan de grillen van de mensen die wel mogen rijden. Het loopt goed af, waarmee de waarheid van dit credo maar weer eens is bewezen. Uitzicht op de Kresna kloof, Bulgarije 2014 Decor is het ruige zuidwesten van Bulgarije, oktober 2014. We zijn met vijf mannen onderweg naar de Kresna Kloof in het Pirigebergte (wie kent het niet?). Het vormt het onderzoeksgebied voor zoon Milos en studiegenoot Hans. Zij lopen een half jaar stage bij natuurbeschermingsorganisatie FFWF die probeert de vale gier weer terug te laten keren in dit gebied. Die gieren kunnen ook niks zelf, stelletje loservogels. In het Bulgaars barrel bevinden zich zoon Milos, zijn beste vrienden Steve en Piet en twee ouwe lullen, te weten Erik Lenderink en onderhavige contractant. De autoraampjes hebb...

Toverfluit

Ik ben opgegroeid met klassieke muziek. Mijn vader was een liefhebber en op de zondagochtenden dat we nog het gezin Van Leest vormden kon ik bij het ontwaken vanuit mijn bed al bepalen hoe de vlag er stemmingtechnisch bij hing. Een hoornconcert van Mozart betekende: niet om over naar huis te schrijven. Zo zou die ouwe het zelf hebben geformuleerd. Ik zou zijn bui liever omschrijven als chaggerijnig en de rest van de zondag zou het regenen en op z'n best tenenkrommend saai zijn. Ongewild kreeg ik thuis veel klassieke muziek mee maar naarmate ik opgroeide, mijn ouders scheidden en pa op zichzelf ging wonen, veranderde de playlist in ons gebroken gezinnetje in Gematigd Modern. The Dubliners, The Beatles, The Eagles, ELO, Steely Dan, jazzrock en dixieland... Dat laatste was geen onverdeeld genoegen maar mijn moeder werd er blij van dus wie was ik om te gaan lopen zeiken? Alles beter dan een hoornconcert op zondagochtend. Tom Hulce als Mozart in "Amadeus" uit 1984 va...

Rock 'n Roll, vol. 1

Op een zaterdagochtend begin jaren '70 had ik een openbaring. Onder de douche bedacht ik dat ik popster wilde worden. De voordelen leken eindeloos: onbeperkt aandacht, lekkere wijven, sloten met geld en ondertussen nog wat van de wereld zien! Dat leek me wel wat. Fatal flaw in het plan was dat ik geen stoer instrument speelde. De klarinet bleef een rare toeter en de laatste hits die met zo'n geval waren gemaakt stamden uit de tijd van Mozart. Ook populaire nummers waarin een prominente rol voor de blokfluit was weggelegd - waarop mijn broer en ik behoorlijk virtuoos konden spelen - kwamen niet voor in de Top 40. Zowel mijn broer Jules als ik wilden niet lullig doen toen mijn moeder aangaf het een goed idee te vinden als wij de fucking klarinet gingen leren spelen na het behalen van ons diploma Algemene Muzikale Vorming. Jules haakte al snel af want werd fysiek onpasselijk als hij op dat ding moest blazen. Ik snapte hem wel. Onder zachte dwang van een pistool in mijn nek ben...

Rock 'n Roll, vol. 2

Toen ik eenmaal de grondbeginselen van het drummen onder de knie meende te hebben werd het tijd om een band te beginnen. Met Marno en Ferry op gitaar en Arie op bas oefenden we in de kelder bij Marno thuis met onze nog naamloze groep. De eerste opnames die we maakten liet ik trots aan mijn vader horen. Die vroeg zich opgeruimd af of we nog aan het stemmen waren en daarna of er een nieuwe ziekte was uitgebroken. Een van onze eerste optredens was in fucking Leersum. Waar anders dan in dit dorpje, dat moedig weerstand biedt tegen iedere vorm van vooruitgang, zou de David Cassidy Fanclubdag gehouden moeten worden? Voor de kinderen onder ons: zanger David Cassidy was de natte droom van bakvissen in de vroege jaren '70. Persoonlijk leek hij me nogal gay maar dat zal jaloezie van mijn kant zijn geweest. De oudere zussen van Ferry en Marno, Roos en Ginette, zaten in de directie van de Dutch David Cassidy Fanclub en de vraag aan ons was of wij het leuk vonden om de fanclubdag op te luis...

Happy camping!

Als 15-jarig bleekneusje uit het tegenwoordige kalifaat Ede-Veldhuizen werd ik in 1976 door vriend Marno uitgenodigd om mee te gaan op vakantie naar Groot-Britannië. De frisse lucht zou me goed doen, iets in die geest. De vijfweekse veldtocht per camper zou ons dwars door Engeland, Wales en Zuid-Schotland voeren om uiteindelijk te eindigen met een paar dagen hotel in Londen. Op de presentielijst: Marno’s vader Ton (geschiedenisleraar en tevens reisleider), diens vriendin Hennie (student geschiedenis en navigator), Marno’s oudere zus Ginette en haar vriend Ben. Voor de weerpsychopaten onder ons: 1976 was één van de warmste zomers ever in Engeland. Het beeld dat ik toen had van de eilanden was naargeestig: beregende straten, gekookt vlees, mist, bleke mensen en bierglazen van bijbelse proporties (dat dan weer wel). Eenmaal abroad viel de praktijk alleszins mee: we trapten af met een aaneengesloten hittegolf van drie weken. Opgewonden over het komende avontuur deed ik geen oog dicht t...

School's out for ever

Al op mijn eerste rapportjes van Openbare Basisschool De Sterrenberg in Ede tekende het probleem zich af: “Vincent praat goed maar is soms te veel aan het dromen!”. Nee, school en ik dat is altijd een moeizame combinatie geweest. Dit teken aan de wand kon niet verhinderen dat ik het erg leuk vond in het knusse noodgebouwtje in het niemandsland bovenaan Op Den Berg. Met 37 leerlingen, verdeeld over zes klasjes en in totaal 3 onderwijzers, was er aandacht genoeg voor ons. Da’s heel wat anders dan die megastallen waar die blagen tegenwoordig onderricht krijgen. Dat mijn school zo weinig leerlingen trok kwam overigens vooral omdat vrijdenkers in onze hardcore christelijke wijk dun waren gezaaid. Wij woonden op luttele afstand van de school dus mijn broer en ik konden ’s ochtends kruipend er naartoe. In schril contrast daarmee was de dappere colonne van buitendorpse kinderen die iedere schooldag op de fiets vanuit Harskamp, Otterlo of fucking Wekerom kwam aangeploeterd. Die dorpjes ligg...

Dafblad

1967 was een spectaculair jaar voor het gezin Van Leest. Zo vond mijn broer Jules tijdens het spelen in de struiken bij onze flat aan De Zoom in Ede een munt uit de 16e eeuw en behaalde daarmee terecht de voorpagina van een plaatselijke krant (“Juul doet duit in het zakje!”), onderhavige contractant ging naar de eerste klas van de basisschool en mijn vader won een auto. Over dat laatste wil ik het straks hebben, maar eerst nog even over mijn broer: Jules was altijd degene die klavertjes vier spotte of een verloren portemonnee met inhoud en niet te vergeten eerder genoemde munt. Ik was al blij als ik ’s ochtends m’n bril terug kon vinden. Enfin, de auto. Mijn vader had meegedaan aan een prijsvraag van het Edesch Dagblad. Het ging om het schrijven van geinige onderschriften bij persfoto’s waarin iets was veranderd of weggelaten. Pa won, want hij kon vlot schrijven en met z’n gevoel voor humor was niets mis. De hoofdprijs was een Daffodil 33 Variomatic. Ook in die tijd was het al een s...

Traktement

Dat mijn ouders in 1973 gingen scheiden was een verstandig besluit. Niet dat ze een hekel aan elkaar hadden maar omdat pa de Griekse Beginselen aanhing bleek een hetero huwelijk op de lange duur onhoudbaar. Mij persoonlijk was zijn homoseksualiteit nooit opgevallen maar als kind werd ik sowieso niet gehinderd door een goed ontwikkeld opmerkingsvermogen. Zo speelde hij een keer Sinterklaas op de Openbare Basisschool De Sterrenberg (waarop mijn broer Jules en ik zaten) en ik was de enige van alle 38 leerlingen die niet door had dat het m'n vader was die zich verschool achter die witte baard, of zoals een klasgenootje en buurmeisje tegen haar ouders had opgemerkt: "Sinterklaas droeg dezelfde schoenen als meneer Van Leest". Voordat mijn ouders de huwelijksidylle de nek omdraaiden werd eerst nog wel geëxperimenteerd met alternatieve huwelijksvormen. Deze leverden niet het gewenste resultaat op dus gingen ze uit elkaar. Ik vond het al lang best: de jaren voordat de bijl vie...

Aan tafel!

Iedereen moet eten en voor niemand is het een bijzaak. Voor mijn 82-jarige moeder Toos is het ook nog iets anders en dat "anders" komt in de buurt van "a way of life". Laatst ging het niet zo goed met haar en lag ze enige tijd in het ziekenhuis. Ik wist zeker dat het weer goed zou komen toen ze na een paar dagen begon te praten over de toetjes die ze op de zaal uitdeelden. Eten is een betrouwbare graadmeter ten aanzien van haar welbehagen. Zoals zoveel mensen van haar generatie is het een oorlogsding. Ze was 6 jaar oud toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak en 10 toen de hongerwinter toesloeg. Het pleeggezin waar Toosje was ondergebracht woonde in een huis aan de Parkweg in Ede en dat is vlakbij station Ede-Wageningen. Haar pleegmoeder, oma Van den Hurk, schijnt een gezonde hekel te hebben gehad aan de Duitsers, ondanks dat de familie van mijn moeders kant Teutoonse roots heeft. Mijn echte oma van moeders kant kwam uit Duitsland maar zij stierf voor de oorlog dus ...

A Muzungu abroad

Van alle landen die niet op mijn bucketlist voorkomen was Oeganda er ook één. Ik kende het oppervlakkig dankzij het horror regime van de geschifte jaren ’70 dictator Idi Amin en één film: “The Raid on Entebbe”, over een heroïsche bevrijdingsactie van gegijzelde vliegtuigpassagiers op het vliegveld bij de hoofdstad Kampala. Ik wist genoeg: camping Het Lorkenbos in Otterlo leek me avontuurlijk genoeg. Mijn zoon Milos denkt anders over exotische oorden. Als 4e jaars student aan de Landbouw Hogeschool in Wageningen doet hij samen met klasgenoot Jua Dai een vier maanden durend afstudeeronderzoek in Oeganda. Hun uitvalsbasis is de provinciestad Arua, gelegen op een steenworp afstand van de grens met Congo. Tik “Congo” in op de site van Buitenlandse Zaken en de alarmbellen gaan af: Code Rood, en dan gaat het niet over de kans op ijzel. Het grensgebied met Oeganda is politiek onstabiel als gevolg van burgeroorlogen en andere ellende. Tegenwoordig is het er relatief rustig dankzij de aanwezig...

The most wonderful time of the year...

Buiten dooit het heerlijk, binnen staat de verwarming op nul en de barbecue kan uit het vet, kortom: Kerstmis 2015 en tijd voor Het Grote Overpeinzen. In de jaren zestig, toen ik zelf niet veel ouder was dan het kindeke Jezus, begon de kerstvakantie met het uitpakken van de kerstballen en (als tweede zoon uit een katholiek-light gezin in Ede) de figuren uit de kerststal. Hoogtepunt was de dromedaris met één van de Drie Wijzen er op, want die was het grootst. Size matters op die leeftijd. Mijn ouders waren niet van de esthetisch verantwoorde kerstversiering dus als de lampjes eenmaal aangingen was het Las Vegas aan de Nobelstraat. Van die eerste kerstvieringen kan ik me ook nog het in de fik vliegen van mijn servet herinneren tijdens het kerstdiner. Gelukkig liep het letterlijk met een sisser af dankzij snel ingrijpen van mijn vader, anders was ik geëindigd als Jean d’Arc. Oh happy days! Ander hoogtepuntje met Kerst was het traditionele bezoek aan opa Van Leest in bejaardentehuis De...

Alles voor de kunst!

Wanneer komt het omslagpunt dat een kind zich bewust wordt van het fenomeen “kunst”? In mijn geval is dat niet moeilijk terug te halen: met de komst in het gezin Van Leest van het boek “Kunstschatten van alle Tijden” van Dr. J. B. Knipping natuurlijk! Naast de Donald Duck en de Margriet bracht de bladenman van de Geïllustreerde Pers in de jaren zestig ook high-culture binnen onze muren. Ondanks zijn - zoals hij het zelf noemde - “nederige baantje” bij de gemeente Ede was mijn vader een oprechte kunst en cultuurliefhebber. Hij had er niet voor geleerd maar wel oog voor. “Kunstschatten van Alle Tijden” vormde een onmisbaar naslagwerk en een sieraad voor de Tomado-boekenkast. Als 7-jarige zat ik eindeloos te bladeren in dit enorme boek vol reproducties van louter meesterwerken. Toppertje vond ik “De Sabijnse Maagdenroof “ van de 17e eeuwse Franse schilder Nicolas Poussin. Het thema snapte ik niet, maar ik vond het een fascinerende mengeling van geweld, enorme vrouwen en zielige babietje...

"Vaak ben je te bang..."

“Vaak ben je te bang!” Sommige opmerkingen wil je niet horen van een chauffeur en al helemaal niet tijdens een inhaalmanoeuvre op een bergweg. Evengoed heb ik geen keus want ik ben slechts inzittende en zodoende overgeleverd aan de grillen van de mensen die wel mogen rijden. Het loopt goed af, waarmee de waarheid van dit credo maar weer eens is bewezen. Uitzicht op de Kresna kloof, Bulgarije 2014 Decor is het ruige zuidwesten van Bulgarije, oktober 2014. We zijn met vijf mannen onderweg naar de Kresna Kloof in het Pirigebergte (wie kent het niet?). Het vormt het onderzoeksgebied voor zoon Milos en studiegenoot Hans. Zij lopen een half jaar stage bij natuurbeschermingsorganisatie FFWF die probeert de vale gier weer terug te laten keren in dit gebied. Die gieren kunnen ook niks zelf, stelletje loservogels. In het Bulgaars barrel bevinden zich zoon Milos, zijn beste vrienden Steve en Piet en twee ouwe lullen, te weten Erik Lenderink en onderhavige contractant. De autoraampjes hebb...